Het einde voorbij
Door: maartenenhanneke
03 Juni 2012 | Frankrijk, Concarneau
Gisteren (dat was op 29 mei) hebben we “Cap Finistère” gerond. Dat wil zeggen, het grootste stuk daarvan, want voor ons ligt nog een laatste puntje, het “Pointe du Raz”. Ook deze keer viel het eigenlijk wel mee. Het “Chenal du Four” en “Chenal de la Helle” waren gehuld in dichte mist. Het was weer verrotte koud in de mist. Ondanks de matige wind schuin van achteren stond er door het tegenlopende getij een flinke zee met flink hoge golven achterop en af en toe ook brekende golven. Het zicht was nog geen 30 meter en een paar keer doemde er plotseling een andere boot uit op. Opeens zie je dan een soort grote schaduw en dan is er toch vrij plotseling een ander schip, meestal in dezelfde richting varend, maar ook twee keer ons tegemoet komend. Het gebeurt zo plotseling dat je er echt van schrikt.
Halverwege het “Chenal du Four” begint het getij te keren. De golven nemen af en het zicht wordt geleidelijk beter en het zonnetje komt een beetje door, later zelfs wordt het echt lekker. Ook komt nu het land in zicht, eerst als smalle strook, maar later steeds helderder te onderscheiden. Het laatste stuk van dit stroomgat hebben we ruim 2,5 knopen stroom mee en we moeten nauwkeurig navigeren want nu – bij laag water – liggen er allerlei rotspunten vlak onder water waar wij tussendoor moeten. Dan trekt het helemaal open en zien we de enorme baai, de “Rade de Brest” waar - achter een landtong - Brest moet liggen. Aan de overkant ligt het vissersplaatsje Camaret. Daar gaan we heen vandaag. Het weer is langzaamaan veranderd in zonnig en bijna windstil. Twee uur later varen we een grote, fantastisch beschut liggende haven binnen en leggen we aan een drijvende steiger aan.
Camaret blijkt vooral voor Engelsen een populair reisdoel. Verschillende mensen komen een praatje maken en nogal wat daarvan hebben we ook al eerder gezien in voorgaande havens. Een stel vertelt dat zij de hele route achter ons aan gevaren zijn omdat zij onze AIS konden zien. Zo wisten ze ook dat hun ontvanger het doet.
Het is bij ondergaande zon een heel prettige avond en het weer morgen lijkt ook prima te worden. We besluiten om woensdag in Camaret te blijven liggen om het plaatsje te bekijken en wat boodschappen te doen. ’s Avonds worden we door Lieke gebeld. Ze heeft net telefonisch gehoord dat zij een baan heeft. Zij weet nog niet alle details, maar is helemaal in de wolken en wij zijn dat met haar. Na ruim een jaar zoeken en solliciteren is dat helemaal te begrijpen!
Camaret blijkt vooral te bestaan uit een lange boulevard met allerlei eettentjes. Heel vreemd is dat er één echt krot tussen de eethuisjes staat, waarop ook staat dat het een restaurant is (maar nog wel gesloten). Achter de boulevard liggen een paar smalle straatjes en dat is het dan wel. Gelukkig is er een flinke supermarkt waar we de voorraden kunnen aanvullen. Het blijft de hele dag lekker weer. Hanneke gaat een eind lopen. In de tussentijd besluit ik om het bijbootje op te pompen. Dan kunnen we het nieuwe bb-motortje ook uitproberen. (Geinig hoor: pappa in zo’n opgepompte rubberboot met een motortje…)
Bij de ingang van de baai waarin de haven ligt, staat een vierkante verdedigingstoren van rode baksteen, ontworpen door ene Vauban. Terug kijkend op de tochten langs de Engelse en de Franse kust valt op hoe ontzettend veel forten en verdedigingswerken langs beide kusten zijn gebouwd. Elke inham of rivier heeft een grote tot zeer grote fortificatie van waaruit het achterland beschermd kon worden! Ongelooflijk als je bedenkt dat die ook allemaal gebouwd en honderden jaren lang bemand en bevoorraad moesten worden. Ze waren blijkbaar schijtebenauwd voor elkaar, terwijl ze feitelijk ook ongeveer familie van elkkaar zijn! (Fransen hebben Engeland overheerst en Engelsen Frankrijk). Vauban blijkt een belangrijk krijgsheer en architect van verdedigingswerken in Franse kustgebieden, ik meen uit de 12e eeuw. Ik heb niet veel over hem gehoord of gelezen, maar overal in deze streken vind je zijn bouwwerken. Daarnaast staat een oud kerkje, een soort Calvaire, gewijd aan de pelgrimage naar “Rockamadour”. Verder liggen er een stuk of vijf wrakken van overleden visssersschepen hoog op de kant, met in de verte achter de golfbreker, de beboste rotskust bij Brest. Een pittoreske aanblik.
’s Avonds willen we uit eten, maar de helft van de tentjes blijkt alleen lunches te serveren en de andere helft is helemaal verlaten. Dat ziet er niet aantrekkelijk genoeg uit om gebruik van te maken. We gaan terug naar de boot en maken zelf wel een lekker hapje. Daarna gaan we ons voorbereiden op het ronden van de laatste kaap, het “Pointe du Raz”, zo’n 12 mijl verderop. Afstand, getij snelheid en richting, benodigde tijd, enge ondieptes, route uitzetten enzovoorts. Daarna een stukje schrijven voor ons weblog, voor het geval we weer een keer een werkende internetverbinding zouden vinden.
Het “Pointe du Raz” is de zuidelijkste kaap van Bretagne. Vlak tegenover de kaap liggen wat rotsige eilandjes. Begin 70er jaren zijn wij hier ooit met vrienden wezen kamperen. Vanaf de hoge kliffen was het uitzicht indrukwekkend: een enorme draaikolk met een doorsnede van 2 of 3 kilometer. Het water maakte een heel laag, dreunend geluid dat wij al op kilometers afstand hoorden. Destijds zagen we daar een vissersscheepje als een soort krab heel langzaam, zijwaarts, langs de rand van die kolk de kaap passeren. Het was een angstwekkend gezicht. Volgens het handboek voor de zeiler, de Reeds almanac, is er eigenlijk maar één manier om deze kaap te ronden: een passage precies op het moment van kentering van het getij, alleen met windstil weer en bij doodtij. Daarvoor heeft de schipper dan ongeveer een kwartier de tijd. Bij andere omstandigheden is passage eigenlijk een vorm van zelfmoord en dient dus te worden vermeden.… Deze achtergrondinformatie biedt wel een enigszins verontrustend vooruitzicht.
Donderdag 31 mei is het toevallig dood tij en - zoals nodig – windstil, grijs en heel erg saai weer. We willen wel op tijd weg, want we hebben het hele stuk stroom tegen. Onderweg blijkt er echter nauwelijks stroom te staan. Op die manier dreigen we uren te vroeg aan te komen! Dan dus maar in een heel laag tempo, de motor stationair, een paar uur dobberen. Tegen half één zijn we al vlak bij de kaap en er zijn inmiddels nog een stuk of zeven zeilbootjes in de buurt.. Er passeert een Frans Marinevaartuig dat voor ons de benodigde zig-zag koers volgt tussen de onzichtbare rotsen. We zijn dus in goed gezelschap. Exact op tijd passeren we het Pointe du Raz. Er zijn wat wervelingen, maar eigenlijk is het ook hier een beetje teleurstellend, althans afgemeten aan die onheilspellende vooruitzichten. Een kwartiertje of twee verder en we zijn uit de gevarenzone. Het zonnetje breekt door en, afgezien van een hele lange, hoge deining, staat niets een aangenaam zonnige middag meer in de weg. We zetten koers naar Benodet, zo’n 35 mijl verder. De route loopt langs grote stenen bakens, zo’n 3 mijl van elkaar, die de grens van het onbevaarbare water aanduiden. De haven ligt achter een rotsige bocht van een uitstromende rivier, de Odet. Het plaatsje doet erg zuidelijk aan. Iets verderop heeft de rivier beboste oevers met hier en daar een villa, uitkijkend over het water. Kilometers lang ligt het water aan weerszijden helemaal vol ankerboeien met jachtjes. We leggen tegen acht uur aan langs een steiger waar de ebstroom erg hard langs loopt. Een Engelsman die ook in l’Aber Wrac’h lag helpt ons aanmeren. ’s Avonds is het doodstil, ondanks de aanblik van al die bootjes in de rivier en het Riviera-achtige karakter van het dorpje, op het gefluit van wat vogeltjes na.
Vrijdag is het prachtig, zonnig weer: helemaal volop zomer, lijkt het! We drinken een kop koffie in het zonnetje in de kuip. Daarna gaan we op zoek naar een bakker en kruidenier. Die vinden we al snel en via een wandelpad langs een droge zijtak van de rivier de Odet lopen we terug. Het is een idyllisch, overschaduwd pad met bankjes bij mooie uitzichten, waarlangs we ook een paar karkassen van lang geleden vergane vissersboten passeren. Je hoort bijna alleen maar vogeltjes fluiten. Dan, na een volgende bocht, zien we de rivier weer en zijn we terug, vlak bij de jachthaven. Op de boot maken we een lunch met lekker vers brood en we besluiten er een luierdagje van te maken. Vanavond gaan we kijken of we hier uit eten kunnen. Dat lukt bij een pretentieus restaurant op het terras in de ondergaande zon met uitzicht over de rivier en daaraan aangepaste prijzen. De “Cote de Veau” en “Tonijncarpaccio” smaken prima en na een korte wandeling terug langs de rivier rollen we zo onze kooi in. Morgen gaan we een klein stukje verder: deze baai uit en de volgende weer in, naar de stad Concarneau, zo’n 12 mijl verder. Wie weet, hebben ze daar weer eens een werkende versie van WiFi.
Concarneau is een oude havenstad met een piepkleine, heel erg bochtige en rotsige haveningang. De jachthaven ligt vlak voor de muren van een middeleeuwse, ommuurde binnenstad. Deze “gesloten stad” is alleen lopend, via een kleine ophaalbrug te bereiken. De huidige stad ligt buiten dat oude deel met een haven begrensd door een enorme, brede en lange boulevard met eethuisjes en winkels. Het stadsdeel achter de boulevard is overwegend nogal saai. We vinden daar de aller-, allerlelijkste kerk die we ooit hebben gezien, vlak naast een oude kerktoren die resteert van een grote oude kerk. Als we boodschappen hebben gedaan en een winkel uitlopen blijkt het een beetje te regenen, maar heel warm eigenlijk.
Als we net weer op de boot zijn komt een grote groep zeiljachtjes één voor één de haven binnen. Niet alle schippers zijn even ervaren met het aanleggen. Rooie koppen, veel motorgrebrul, gelukkig wat omstanders die met heel veel moeite weten te voorkomen dat een boot de steiger beklimt of dat een aangemeerde boot ernstige schade oploopt. De schippers - het zijn allemaal mannen in beeld – lijken zichzelf toch prima zeelui te voelen. Na het aanleggen trekken ze hun zeilspullen uit, dumpen die ergens in een hoek en gaan elkaar feliciteren met de fantastische aankomst of staan in groepjes met elkaar te praten. Vreemd genoeg duiken nu op al die boten plotseling ook vrouwen op en – eventjes later – ook veel kinderen in de puberleeftijd. Kennelijk zaten die allemaal in het vooronder…. Terwijl nu de mannen hun prestaties onderling bespreken, zie je de vrouwen de hoopjes zeilkleren ontwarren, uitslaan en hoofdschuddend netjes opvouwen. De pubers proberen ongezien de bootjes te verlaten, zoeken elkaar op en scharrelen schutterig in kleine groepje (jongetjes bij jongetjes, meisjes bij meisjes) en staan sigaretjes te roken. Het is voor ons nog niet zo zeker of de moeders en de kinderen ook zo genoten hebben van dit dagje varen…. Hanneke hoort later van de havenmeester dat het een groep boten is waarvan de eigenaars een weekendje varen met “probleem-pubers”.
’s Avonds ontdekken we dat de WiFi ook hier niet of nauwelijks werkt. Wat een prutsers op internet-gebied! Aangezien het de komende dagen volgens de verwachtingen slechter weer wordt, zullen we hier één of twee dagen blijven liggen. Onze volgende reisdoelen zijn het “Ile de Groix” en daarna “Belle Ile” beide met heel matige havenvoorzieningen of wellicht alleen ankergelegenheid in de buitenhaven. Dat doen we liever met wat minder winderig weer.
Zondagochtend blijkt dat onze verbinding met internet heel af en toe heel even een heel klein beetje werkt! Ik ga onmiddellijk het weblog bijwerken voor het geval dat ik weer een keertje heel eventjes verbinding heb. Vandaar dit bericht.
Tot slot, wij vinden het hartstikke leuk om mailberichten uit Nederland te krijgen en om reacties op onze stukjes te lezen. Vanuit Concarneau dus: hartelijk dank iedereen! Ga zo door! Wij blijven graag een beetje op de hoogte en bij de tijd.
-
03 Juni 2012 - 10:50
Ludy:
Dank voor weer zo'n fijn reisverslag, terwijl het hier een druilerige natte zondagochtend is.
Leuk om julie reis te volgen, veel plaatsen komen bekend voor van onze vakantie in Bretagne zo'n 15 jaar geleden.
En fijn dat Lieke een baan heeft. Gefeliciteerd !!! -
03 Juni 2012 - 15:57
Wil:
Ha, lieve familieleden. Een bevriende zeiler vertelde me dat jullie alles aankunnen als jullie de kaap hebben gerond en ja hoor...Heel knap dus en leuk om te lezen.
We hebben hier de kachel weer aan. Na een paar fantastische zomerdagen is het weer afgrijselijk koud geworden.
Lieke belde ons ook enthousiast op. Hartstikke fijn dat ze een baan heeft.
We gaan gauw een keer met Jelle en Lieke iets afspreken. We zien it naar het volgende verslag! -
06 Juni 2012 - 10:12
Annemarie :
hoi hanneke en maarten,
hier regent het en ik heb volgens mij wat stukjes van jullie tocht gemist, omdat ik even jullie site niet kon bereiken. maar het klinkt allemaal erg leuk en avontuurlijk en ontspannen.
en beter weer naar het schijnt, al zie ik op de linkerkant dat het weer knudde is.
hier hebben we erg warm weer gehad
2 weken lang ongeveer en in die tijd had ik weer een depressieve periode, dus heb er nauwelijks iets van gemerkt. nu regent het weer en voel ik me weer kiplekker.
maar goed, beter kiplekker in de regen dan depressief in de zon. ik ben gisteren even wezen kijken naar jullie huis en dat ziet er allemaal goed uit.
wat geweldig die lieke met haar baan.
ben benieuwd meer te horen waar ze gaat werken en wat ze gaat doen. ze het een opleiding voor jeugdzorg toch?
leuk die verhalen over die franse stadjes te lezen, je hebt schrijftalent maarten.
paul speelt nu een jaar trombone en gaat zaterdag voor het eerst mee naar mijn klezmerband om mee te gaan doen, dus we oefenen nu veel
samen. het toneel is voor even achter de rug en was erg enthousiast ontvangen, dus paul heeft genoten van al die enthousiaste reacties en de lol die zij met elkaar hadden.
ik hoop dat het weer op zal klaren en we lekker bij jullie in de tuin kunnen lezen. daar kijk ik wel naar uit. stom natuurlijk van dat mooie weer dat het had gekund en ik niet in vorm was.
voor nu veel groeten en tot mails.
liefs ook van paul,,
annemarie -
06 Juni 2012 - 17:56
Liek:
Hallooo!
Weer blij met jullie verhaal, wist niet dat het bij Frankrijk ook al zo'n avontuur zou zijn met rotsen, mist en waterkolken!!
Ik hoop jullie gauw weer te spreken!!!
Kus -
10 Juni 2012 - 10:10
Annemarie :
hoi hanneke en maarten,
ben even in jullie huisje geweest, als het mooi weer blijft gaan we even in de tuin bij jullie zitten. het is niet echt mooi hier, maar redelijke temperatuur. hebben jullie gisteren
het debacle van het nederlands elftal nog gezien?
wij hebben met de straat gekeken, was leuk en gezellig.
ik zie nog geen nieuw reisverslag, dus
ik ben benieuwd waar jullie nu zijn.
liefs en groeten,
annemarie -
11 Juni 2012 - 19:11
Gerard En Cécile:
Lieve mensen,
He he, we hebben jullie gevonden. We hebben ons onmiddellijk geabonneerd op jullie verslagen, zodat niets ons meer zal ontgaan. Ik heb vrijdag onder veel feestgedruis mijn laatste les gegeven op het Bona. Het wordt tijd voor andere dingen. De eerste week van juli komen de Italianen hierheen en op de 9e gaan we naar Ed en Anja in Ierland. Maar eerst gaan we kennis nemen van jullie wederwaardigheden.
Behouden vaart,
Cécile en Gerard
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley